Een gevoel van spijt voor iemands zonden of wandaden: wroeging, berouw, boetedoening, boetedoening, spijt, spijt, berouw, spijt. Theologie: uitputtingsslag.
Wat is berouw?
: voelen of tonen van verdriet en berouw voor een zonde of tekortkoming een berouwvolle crimineel een berouwvolle verontschuldiging berouwvolle zuchten.
Wat betekent een uitbundigheid?
: de kwaliteit van levendige of enthousiaste uiting van gedachten of gevoelens: uitbundigheid.
Hoe spel je berouwvol?
berouwvol
- berouwvol.
- berouwvol.
- berouwvol.
Hoe gebruik je berouw?
Berouw in een zin ?
- De berouwvolle jongen verontschuldigde zich bij zijn ouders voor het breken van het raam en nam extra huishoudelijke taken op zich om de reparatiekosten te dekken.
- Beschaamd en berouwvol, verontschuldigde ik me voor het schreeuwen tegen mijn moeder en beloofde het nooit meer te doen.