: vaak gevonden of gezien: gewoon, onopvallend een alledaags verschijnsel de grote fusies die gemeengoed waren geworden Computers zijn alledaags in klaslokalen.
Hoe gebruik je het woord alledaags?
Algemeen in een zin ?
- Hoewel mijn zus en ik de auto gelijk deelden, was het normaal dat de auto van de oprit verdween.
- Armoede werd gemeengoed in de steden als gevolg van de economische recessie.
Wat betekent gemeengoed in poëzie?
Gemeenschappelijk zelfstandig naamwoord. een idee of uitdrukking die originaliteit of interesse zoekt; een banale of gebruikelijke opmerking; een gemeenplaats.
Zijn niet alledaags betekenis?
2 saai en duidelijk; afgezaagd. alledaags proza. n. 3 iets saai en afgezaagd, in het bijzonder. een opmerking; platitude; waarheid.
Wat zijn gemeenplaatsen in retoriek?
In de klassieke retoriek is een gemeenplaats een verklaring of stukje kennis dat gewoonlijk wordt gedeeld door leden van een publiek of een gemeenschap.