We gebruikten was/kon praten over een specifieke gebeurtenis in het verleden. Voorbeelden: Het was erg winderig afgelopen weekend, dus ik kon heel snel met mijn boot varen. Afgelopen zaterdagavond regende het dus hij ging niet wandelen.
Hoe gebruik je kunnen in een zin?
We gebruiken bekwaamheid om bekwaamheid uit te drukken.
Bekijk deze voorbeelden:
- Ik kan al zwemmen sinds mijn vijfde. (present perfect)
- Je zult binnenkort perfect Engels kunnen spreken. (toekomstige eenvoudige)
- Ik zou graag een vliegtuig willen kunnen besturen. (infinitief)
Wat is een goede zin voor Able?
" Ik kan best alleen naar huis lopen." "Ze zijn financieel nog niet in staat om een huis te kopen." "Het kind is mentaal niet in staat om zoiets moeilijks te doen." "Ik kon de kleine letters amper zien. "
Zijn en waren zinnen een voorbeeld?
'Were' kan zijn plaats zien in onbekende en theoretische situaties, kan in redelijke zinnen worden gebruikt. Het werkwoord 'zijn' kan ook worden gebruikt voor een gebeurtenis die lang geleden waar was, bijvoorbeeld: mijn broers en zussen waren ondeugend, maar mijn broers en zussen zijn niet langer vervelend. Het werkwoord 'waren' is vaak terug te vinden in de oude voorwaarden.
Hoe gebruik je zijn en waren in een zin?
Aangezien 'zijn' in de tegenwoordige tijd staat, moet het worden gebruikt om een handeling aan te duiden die in de tegenwoordige tijd wordt uitgevoerd. Zijn tegenhanger, 'waren', wordt gebruikt wanneer het onderwerp van de zin meervoud is, en de actie of voorwaarde die wordt uitgedrukt al is voltooid of de gebeurtenis in het verleden heeft plaatsgevonden.