Geen eigenschappen van een golf worden veranderd door diffractie. De golflengte, frequentie, periode en snelheid zijn hetzelfde voor en na diffractie. De enige verandering is de richting waarin de golf zich voortbeweegt.
Hoe beïnvloedt diffractie de golflengte?
De hoeveelheid diffractie (de scherpte van de buiging) neemt toe met toenemende golflengte en neemt af met afnemende golflengte. In feite, wanneer de golflengte van de golven kleiner is dan het obstakel, treedt er geen merkbare diffractie op.
Wat is een diffractiegolflengte?
Diffractie is de verspreiding van golven wanneer ze door een opening of rond objecten gaan. Het treedt op wanneer de grootte van de opening of het obstakel van dezelfde orde van grootte is als de golflengte van de invallende golfVoor zeer kleine diafragma's wordt het overgrote deel van de golf geblokkeerd.
Brengen langere golflengten meer of minder af?
Als het gat kleiner is dan de golflengte, dan zullen de golffronten die uit het gat komen cirkelvormig zijn. Daarom buigen langere golflengten meer af dan kortere golflengten. Diffractie gebeurt met allerlei soorten golven, inclusief oceaangolven, geluid en licht.
Waarom breken kortere golflengten meer af?
Omgekeerd, als de golflengte afneemt, neemt de diffractiehoek af. Kortom, de diffractiehoek is recht evenredig met de grootte van de golflengte. Vandaar dat rood licht (lange golflengte) meer buigt dan blauw licht (korte golflengte).