De Pseudepigrapha dateren over het algemeen uit de Tweede Tempel en de vroegchristelijke periode, ongeveer 200 v. G. T. tot 200 G. T. Hoewel de term zelf afgeleid is van het Grieks en 'vals toegeschreven' betekent, is de functie van pseudepigrafische teksten complexer dan wat in de moderne samenleving gewoon vervalsing zou zijn.
Waar kwam de pseudepigrapha vandaan?
Pseudepigrapha komt van een Grieks zelfstandig naamwoord dat geschriften aanduidt met een valse opschrift of naam; in de moderne dialoog rond het vroege christendom en het jodendom is het echter gaan duiden op niet-canonieke geschriften (d.w.z. Testament van Job, 1 Henoch, Brief van Aristeas) volgens de protestantse bijbelse canon.
Staat pseudepigrapha in de Bijbel?
pseudepigrapha, in bijbelse literatuur, een werk dat de bijbelse stijl aantast en meestal oneigenlijk auteurschap toeschrijft aan een bijbels personage. Pseudepigrapha zijn in geen enkele canon opgenomen.
Wat is het verschil tussen de apocriefe boeken en de pseudepigrafen?
Apocriefen op zich zijn buiten de Hebreeuwse Bijbel canon, niet beschouwd als goddelijk geïnspireerd, maar beschouwd als waardig om bestudeerd te worden door de gelovigen. Pseudepigrapha zijn onechte werken die ogenschijnlijk zijn geschreven door een bijbelse figuur. Deuterocanonieke werken zijn werken die in één canon worden geaccepteerd, maar niet in alle.
Wat betekent het woord pseudepigrapha in de Bijbel?
In bijbelstudies verwijst pseudepigrapha in het bijzonder naar werken die beweren te zijn geschreven door bekende autoriteiten in het Oude en Nieuwe Testament of door personen die betrokken zijn bij joodse of christelijke religieuze studie of geschiedenis… Een voorbeeld van een tekst die zowel apocrief als pseudepigrafisch is, is de Odes van Salomo.