Een naamwoordgroep, of nominaal, is een uitdrukking die een zelfstandig naamwoord als hoofd heeft of dezelfde grammaticale functie vervult als een zelfstandig naamwoord. Zelfstandige naamwoorden komen veel voor in cross-linguïstiek, en ze zijn misschien wel het meest voorkomende woordgroeptype.
Wat is een voorbeeld van een zelfstandig naamwoord?
Voorbeelden van zelfstandige naamwoorden
Die nieuwe roze fiets is van mij. In deze zin is 'die nieuwe roze fiets' het zelfstandig naamwoord. 'Bike' is het zelfstandig naamwoord, en de andere woorden beschrijven de fiets. De bakker op de hoek verkoopt veel gebak.
Hoe herken je een zelfstandig naamwoord?
Een zelfstandig naamwoord zin is een groep van twee of meer woorden met aan het hoofd een zelfstandig naamwoord die modifiers bevat (bijv. 'the,' 'a,' 'of them,' ' met haar'). Een zelfstandig naamwoord zin speelt de rol van een zelfstandig naamwoord. In een zelfstandig naamwoord kunnen de modifiers voor of na het zelfstandig naamwoord komen. (Dit is een zelfstandig naamwoord met een voornaamwoord aan het hoofd.)
Wat is een goed voorbeeld van een zelfstandig naamwoord?
Voorbeelden van een zelfstandig naamwoord als onderwerp: Het gele huis is te koop. De glinsterende sneeuw bedekte het veld. Voorbeelden van zelfstandige naamwoorden als lijdend voorwerp: Ik wil een skateboard. Moeten we het gele huis kopen?
Wat is een zelfstandig naamwoord, geef 2 voorbeelden?
Zelfstandig naamwoorden zijn groepen woorden die als zelfstandige naamwoorden werken. Meestal fungeren ze als onderwerp, object of voorzetselobject in een zin.
Voorbeelden van eenvoudige zelfstandige naamwoorden zijn:
- de kleine jongen.
- de gelukkige puppy.
- het gebouw op de hoek.
- het scherpe potlood.
- uw religie.