Nondisjunctie, waarbij chromosomen niet gelijkmatig scheiden, kan optreden in meiose I (eerste rij), meiose II (tweede rij) en mitose (derde rij). Deze ongelijke scheidingen kunnen dochtercellen produceren met onverwachte chromosoomaantallen, aneuploïden genaamd.
Komt nondisjunctie vaker voor bij mitose of meiose?
1 NONDISJUNCTION
Nondisjunction betekent dat een paar homologe chromosomen er niet in is geslaagd om te scheiden of te scheiden in de anafase, zodat beide chromosomen van het paar naar dezelfde dochtercel gaan. Dit komt waarschijnlijk het meest voor in meiose, maar het kan ook voorkomen bij mitose om een mozaïek-individu te produceren.
Is er nondisjunctie bij meiose?
Nondisjunctie kan optreden tijdens de anafase van mitose, meiose I of meiose II. Tijdens de anafase zullen zusterchromatiden (of homologe chromosomen voor meiose I) scheiden en naar tegenovergestelde polen van de cel gaan, getrokken door microtubuli.
Wat is nondisjunctie en wanneer in meiose kan het optreden?
Nondisjunctie treedt op wanneer homologe chromosomen of zusterchromatiden niet scheiden tijdens meiose, wat resulteert in een abnormaal aantal chromosomen. Nondisjunctie kan optreden tijdens meiose I of meiose II.
Wat is het resultaat van non-disjunctie?
Nondisjunctie: falen van gepaarde chromosomen om te scheiden (om uit elkaar te gaan) tijdens celdeling, zodat beide chromosomen naar de ene dochtercel gaan en geen enkele naar de andere. Nondisjunctie veroorzaakt fouten in chromosoomnummer, zoals trisomie 21 (syndroom van Down) en monosomie X (syndroom van Turner).