werkwoord (gebruikt met object), pit·ted, pit·ting. markeren of inspringen met putjes of depressies: grond met putjes door erosie. litteken met pokdalige plekken: zijn voorhoofd was ontstoken door waterpokken.
Wat betekent PIT als werkwoord?
overgankelijk werkwoord. 1a: om in eenkuil te plaatsen, te gieten, te begraven of op te slaan. b: putjes maken in vooral: littekens maken of markeren met putjes. 2a: (vechtende vogels, zoals hanen) in of als in een kuil zetten om te vechten. b: om oppositie of rivaliteit in te zetten -meestal gebruikt met tegen.
IS pit een werkwoord of zelfstandig naamwoord?
pit (werkwoord) pit–a–pat ( noun) pitted (bijvoeglijk naamwoord) pitting (zelfstandig naamwoord)
Hoe gebruik je pitting in een zin?
Pitch voorbeeld
Ze hadden elkaar nooit genoeg vertrouwd om te delen, en hun vader maakte het nog erger door de zaken van de Raad in hokjes te verdelen en de zonen tegen elkaar op te zetten elkaar lang voordat hij werd vermoord.
Is pitted een bijvoeglijk naamwoord?
PITTED ( adjective) definitie en synoniemen | Macmillan Dictionary.