overgankelijk werkwoord. 1Bewijs (een bewering of theorie) om fout of onwaar te zijn; weerleggen. 'Dit proces waarbij observatie en experiment worden gebruikt om valse theorieën te weerleggen, is op geen enkele manier afhankelijk van inductie. '
Welke woordsoort is weerlegd?
woordsoort: transitief werkwoord. verbuigingen: weerlegt, weerlegt, weerlegd.
Is weerlegging een werkwoord?
werkwoord (gebruikt met object), weerlegd, weerlegd. weerleggen met bewijs of argument. zich verzetten door tegenbewijs.
Is ontkennen een transitief werkwoord?
transitief werkwoord Weigeren te geloven; weigeren. overgankelijk werkwoord Weigeren te erkennen of te erkennen; afwijzen. overgankelijk werkwoord Weigeren om te verlenen of toe te staan; weigeren.
Kan weerleggen een zelfstandig naamwoord zijn?
Een daad van weerlegging of weerlegging; het omverwerpen van een argument, mening, getuigenis, doctrine of theorie door argument of tegenbewijs; weerlegging; weerlegging; bewijs van valsheid.